De laatste jaren doe ik heel erg mijn best om niet zo moeilijk te reageren als ik een complimentje krijg. Maar alleen ‘dank je wel’ zeggen lijkt makkelijker dan het is.
“Wat een leuke broek heb je aan.”
“Ja, ik pas ‘m eindelijk weer. Hij zit eigenlijk nog iets te strak, maar het kan net.”
Of:
“Wat zit je haar leuk vandaag.”
“Oh ja? Ik had er vanochtend anders veel werk van, het wilde voor geen meter zitten.”
Gewoon dank je wel zeggen is makkelijker. Voor beide partijen. Want nu voelt de ander zich verplicht om mijn verdedigingsstrategie onderuit te halen.
“Nee joh, je haar zit écht hartstikke leuk vandaag.”
Ondertussen bijt ik op mijn tanden om niet weer in de verdediging te schieten.
Na de improvisatieles bij de Djam ondervond ik wat de consequenties kunnen zijn als je niet gewoon ‘dank je wel’ zegt.
De jongen die naast me zat complimenteerde me met mijn mooie stemgeluid.
Zijn opmerking zette mijn verdedigingsmechanisme echter meteen in werking.
“Oh ja?” vroeg ik verbaasd, “ik vind juist dat zíj zo’n mooi stemgeluid heeft,” en ik wees naar het meisje naast me.
Jammergenoeg kon ik het complimentje niet gewoon incasseren.
“Nee, ik vind háár improvisatie sterker, maar jouw stemgeluid is mooier,” zei hij.
Wát? Háár improvisatie sterker? Hmpf, en ik had nog wel zo mijn best gedaan.
Hij had wel gelijk, haar improvisatie was inderdaad sterker, maar ik was tevreden met wat ik had gezongen en nu werd ik hardhandig met beide benen op de grond gezet.
Als ik alleen maar vriendelijk ‘dank je wel’ had gezegd zweefde ik nu nog ergens in de wolken.
Ik knikte echter vriendelijk naar hem en babbelde rustig verder.
Volgende keer zeg ik gewoon dank je wel. Dat maakt alles toch een stuk minder gecompliceerd.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *