Ik stond in de rij voor de pinautomaat. Het was een gekke rij. De stoep voor de pinautomaat was erg breed, ik schatte zo’n vier meter. Er stonden vijf mensen in de rij, waarvan er drie op de weg stonden. Als ze even een bocht in de rij hadden gemaakt, hadden ze veilig op de stoep gestaan. Ik vond het niet nodig om op straat te gaan wachten en ging daarom op de stoep staan. Wel op gepaste afstand, zodat de mensen begrepen dat ik ook in de rij stond.
De rij schoot aardig op. Maar toen de jongen voor mij aan de beurt was, verscheen op het scherm van de pinautomaat een storingsmelding. Er werd ons medegedeeld dat de pin enkele minuten buiten dienst zou zijn. De jongen voor me bleef even wachten, maar ging toen op zoek naar een andere automaat. De man achter me leek te ontploffen en liep geïrriteerd weg.
Ik had de tijd en wilde best een paar minuten wachten. Bij andere automaten moest ik toch ook lang wachten voordat ik aan de beurt zou zijn. Een jongen die naar een andere pin was gelopen bevestigde dit. Er stond een hele lange rij wachtenden. Dus bleef ik waar ik was. Ik stond er nu ook al te lang om nog weg te lopen. Als ik dat deed, zou je net zien dat de pin een minuut later wel werkte. Ik leunde tegen de pinautomaat en hoorde allerlei geluiden uit de pin komen. Iemand was duidelijk aan het werk en dat gaf moed. Er kwamen veel mensen op de pinautomaat af. Ik voelde me net een bewaker die de mensen behoedde voor de niet werkende pin. De meeste mensen liepen weg, maar sommige bleven wachten. Het werd nog gezellig ook.
De ‘enkele minuten buiten dienst’-mededeling was iets te optimistisch. Uiteindelijk duurde de storing iets meer dan tien minuten.
Maar toen was ik wel als eerste aan de beurt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *