Toen ik gister aan het eind van de ochtend langs het Amerikaanse consulaat wilde fietsen werd ik tegengehouden door een horde agenten. Zij stonden voor een aantal hekken die met zwarte kleden waren bespand en de toegang door de straat blokkeerden. Ik fietste een zijstraat in die uitkwam op het Museumplein. Op het plein stond een lint van containers om het consulaat. De organisatoren hadden in ieder geval begrepen dat een aantal hekken de demonstranten niet zou weren als ze schade wilden aanrichten. Maar de containers nodigden juist uit om geweld te plegen. Wie wilde nou niet proberen om deze groots opgezette barrière te doorbreken? En zo geschiedde. De demonstratie liep weer eens uit op relletjes. De mensen sloegen met stokken tegen de containers en probeerden erover heen te klimmen. Ver kwamen ze niet. Het waterkanon en de ME verdedigden het fort met succes. Op het moment dat de relletjes uitbraken fietste ik toevallig weer langs het Museumplein. Ik was op weg naar huis en had niets in de gaten. Toen ik thuis kwam en naar het Journaal keek hoorde ik dat de relletjes een half uur geleden waren uitgebroken. Eerst was ik woedend omdat deze vreedzame demonstratie weer was uitgelopen op relletjes. Maar ik begreep dat de relletjes wederom waren veroorzaakt door een groepje jongeren die de confrontatie met de ME bewust had opgezocht. Ik zag het bekende kat-en-muisspel op televisie dat ik één keer eerder live heb mogen meemaken. Het plein werd schoongeveegd en de rust keerde terug. Het plein zal zich vandaag weer vullen met wandelende gezinnetjes en vrijende stelletjes die genieten van het mooie weer. Die zich geen zorgen hoeven te maken om vallende bommen en aanslagen. Maar ondanks de wedergekeerde rust blijf ik toch een beetje bang voor een aanslag op het Amerikaanse consulaat.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *