Ik ritste mijn tas open en doorzocht alle vakjes. Kauwgom, theezakjes, paracetamol, ik kwam het allemaal tegen. Maar hetgeen wat ik op dat moment het hardst nodig had kon ik niet vinden. Het zat in mijn andere tas, die ik mee had genomen toen ik gisteravond nog de deur uit ging. Verdorie, waarom had ik er nou niet naar gekeken? Ik vloekte zachtjes tegen mezelf. Zes uur lang zonder, zou ik dat wel volhouden? Ik liet mijn vingers over mijn lippen glijden. Ze waren droog. Ze stonden nog net niet in brand, maar dat zou niet lang meer duren.
Ik kon in de pauze naar de Etos gaan, maar dat duurde nog minstens drie uur. Mijn gedachten spraken me streng toe. Ik kon toch wel een dagje zonder? Voor een paar uur lukte het. Ik vergat het zelfs. Maar toen mijn vingers weer per ongeluk over mijn lippen gleden werd ik met mijn neus hard op de feiten gedrukt. Ik kón niet zonder.
Het was psychisch, ik wist het, maar het kon me niet schelen. Ik had het nodig. Na de lange uren op mijn werk ritste ik thuis mijn andere tas open. Daar lag het. Mijn handen pakten het behoedzaam op en brachten het aan op de plek die ondertussen moord en brand schreeuwde. Mijn lippen proefden de smaak van kamille en kwamen tot rust. Ik slaakte een zucht van verlichting en was tegelijkertijd trots op mezelf dat ik zolang zonder had gekund. Morgen gaat het kleine groene staafje weer mee in mijn tas.
Noem me verslaafd, zeg dat het slecht voor me is. Het kan me niet schelen, ik kan niet zonder. Mijn lippen hebben het simpelweg nodig. Zonder ga ik de deur niet meer uit.
Mijn enige, echte, vertrouwde lippenbalsem.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *