In de film Stella geniet de titelpersoon, een Parijse brugklasser, een andere opvoeding dan de kinderen in haar nieuwe klas. Als je tenminste van een opvoeding kunt spreken. Haar ouders runnen een kroeg waar veelal criminelen en werklozen zitten. Stella weet daardoor meer van kaarten, seks en drank dan de onderwerpen die ze op school krijgt. Haar ouders gaan liefdevol maar onverstandig met haar om. Ze weten amper in welke klas ze zit en houden niet in de gaten of ze haar huiswerk maakt (niet) of hoe laat ze naar bed gaat (te laat).

Vooral Stella’s kleding verraadt haar achtergrond. Ten opzichte van haar keurige klasgenootjes ziet ze eruit als een vrijbuiter en wordt daardoor genegeerd. Haar vrienden bevinden zich daardoor niet op school, maar in de kroeg van haar ouders. Er is echter één meisje dat interesse toont: Gladys. Dochter van Argentijnse immigranten, Joods en in het bezit van een knappe kop waarmee ze de hoogste cijfers van de klas haalt. Ze komt uit een totaal ander milieu, met een psychiater als vader en een rustige omgeving waar televisie kijken verboden is. Ze leest Balzac en Duras en steekt hiermee Stella aan wier moeder verbaast reageert als ze haar dochter lezend in een hoekje van de keuken vindt. Stella op haar beurt wijdt Gladys in in de wereld van de films en het kroegleven.

Lees verder op Eeuwig Weekend.