Zo rond mijn veertiende kreeg ik een hekel aan mijn eigen geur. Al rook ik mezelf niet, ik vond het boerderijluchtje dat ik met me meedroeg nogal vervelend.
Om van dit ongewenste luchtje af te komen holde ik vanaf dat moment bij thuiskomst naar mijn eigen kamer om oude kleren aan te trekken.
Dit tafereel herhaalde zich dagelijks en breidde zich uit naar elke dag mijn haar wassen, wierook branden op mijn kamer, potpourri in de kledingkast leggen en het onderspuiten van mezelf en mijn kleding met het geurtje Miss Sporty.
Het moment waarop ik het ouderlijk huis verliet was voor mij dan ook een verademing. Eindelijk hoefde ik me niet meer druk te maken of mijn spullen, kleren en haar naar de boerderij roken. Eindelijk kon ik ook ruiken naar pas gewassen kleren of andere luchtjes die ik gebruikte.
Maar als ik er bij stilsta gebruik ik wel erg veel middelen om mijn eigen luchtje te creëren:
mijn haar was ik met Fructis van Garnier, ik stap samen onder de douche met Bath Care van Nivea, ik smeer de tere delen van mijn lichaam in met Nivea Soft, mijn oksels verfris ik met Rexona en alsof dat allemaal nog niet genoeg is spuit ik Black Onyx of Calvin Klein op mijn pols.
Zou het overmatig gebruik van geurtjes het effect teniet doen?
Een oud-collega van me vond blijkbaar van niet. Als ik bij haar in de buurt kwam, kon ze het niet laten om te zeggen dat ik zo lekker rook.
Het is één van de grootste complimenten die ik ooit heb gekregen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *