Een avond kan geweldig uitpakken wanneer er ouwe jongens krentenbrood wordt geserveerd.
Gisteravond werd het voor mijn neus gezet en mocht ik er uitgebreid van smullen.
Het begon om half zes, toen ik in een volgepakte kroeg op een plakkerig podium mijn kunsten vertoonde.
Dezelfde kunsten als afgelopen vrijdag, maar dit keer ging het qua performance net iets beter. Het was de sfeer die me dat beetje extra gaf.
De drempel van dit podium was hoger, mijn gedachtenkronkels waren raarder, maar ik stond steviger. Ik zong niet de sterren van de hemel, maar ik was tevreden. Er is altijd een volgende keer om het beter te doen.
Ik verliet vanwege de drukte de kroeg al snel, maar kwam daarbij een oud studiegenoot van de Djam tegen. Ik had haar al zo’n drie jaar niet meer gesproken, maar het weerzien was vertrouwd en gezellig.
Ik keerde daarom na het nuttigen van een biertje in een andere kroeg terug om met haar te babbelen.
Er waren echter tijdens mijn afwezigheid nog meer studiegenoten van toen gearriveerd.
We omhelsden elkaar, zoenden elkaars wangen en haalden herinneringen op.
Ouwe jongens krentenbrood.
Wat kan de smaak ervan toch verrukkelijk zijn.