De mannen in mijn leven zijn altijd een goede inspiratiebron geweest voor het schrijven van liedjes.
Ging er eentje vreemd, hup, dan schreef ik drie nummers in twee dagen.
Werd ik gedumpt, hup, weer een paar nummers erbij.
Verliefd zijn leverde me minder nummers op, maar de paar die ik in een dergelijke staat heb geschreven zijn toch ook de moeite waard.
Aan sommige mannen laat ik de liedjes horen die ik over hen heb geschreven. Ze zijn dan net zo zenuwachtig als ik, bang voor wat de tekst hen zal zeggen.
Eén ex-vriend, degene die me inspireerde door vreemd te gaan, werd zelfs boos toen ik het liedje voor hem zong. De tekst was te confronterend voor hem en bovendien viel mijn stem bij hem niet in de smaak.
Ik mocht niet meer zomaar zingen van hem, vooral niet op straat. We hebben er vele ruzies om gehad. Een zangeres de mond snoeren valt tenslotte niet in goede aarde.
Een andere ex-vriend viel een keer tegen me uit toen we samen naar huis liepen na een voorstelling Sandifort & Klaassen (geweldige voorstelling overigens).
Ik moest maar eens ophouden met zingen op straat als ik naast hem liep. Hij voelde zich buitengesloten als ik dat deed.
Wat nou ‘buitengesloten voelen’ zei ik. Ik wilde gewoon uitproberen wat Martine Sandifort tijdens de voorstelling had gezongen en ik kon gewoon niet wachten tot ik thuis was.
Uiteindelijk bleek er onderhuids van alles te broeien in onze relatie en dit was een manier van hem om dat kenbaar te maken.
Hij kon echter wél luisteren naar de nummers die ik over hem schreef, weliswaar met een gespannen gezicht nadat het eenmaal uit was, maar hij luisterde aandachtig en vond ze mooi.
Maar het allerleukst is zingen voor een man die geen flauw benul heeft dat hij de inspiratiebron is. En ook maar half luistert omdat hij met iets anders bezig is.
Daar ga ik heel breed van glimlachen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *