Klein van stuk, maar met een enorme air die iedereen een onzichtbare stap opzij liet doen, stond ze als eerste voor de deur van de tram. Neus in de lucht, klaar om de beste zitplaats te veroveren.
“Mevrouw, u mag niet naar binnen met uw koffie.”
Vol arrogante verbazing keek ze naar de conductrice. Hoe háálde ze het in haar hoofd om haar tegen te houden? Maar de conductrice hield vol. Ze mocht met haar meeneembeker de tram niet in.
“Waar moet ik die beker dan laten?” vroeg ze geïrriteerd. Maar dat mocht ze zelf uitzoeken. Buiten weggooien in de vuilnisbak?
Terwijl de laatste passagiers instapten huppelde ze naar buiten en gooide haar beker, heel netjes, in de vuilnisbak. Een paar passen lang stond ze met haar rug naar de tram. En net op dat moment zwiepten de deuren dicht. Ze draaide zich om en ik zag het ongeloof over haar gezicht glijden. Ze vloekte, ze tierde toen de tram wegreed voor haar neus. Haar goede gedrag werd niet beloond! De tram incasseerde een harde klap op het raam, maar tingelde vrolijk verder.
Bij de volgende halte zeiden nieuwe passagiers de conductrice hartelijk gedag. Niet wetende dat bij een eerdere halte een arrogant meisje heel stevig stond te balen.
dat is wel zuur, maar ook weer grappig. En van een mevrouw naar een meisje?
@Mariska: De conductrice vond ’t een mevrouw, ik vond ’t een meisje. 🙂